Column Quinten Peelen
Utrecht vrij van schulden
In Utrecht moeten volgens de cijfers van de gemeente 21.600 huishoudens rondkomen met een laag inkomen. Dit aantal lijkt licht te dalen, maar volgens de Armoedemonitor Utrecht neemt het aantal langdurige armen juist toe. Eén op de veertien Utrechters heeft problematische schulden, dat is tenminste wat zij zelf aangeven in een inwonersenquête. Naar schatting ligt het werkelijke aandeel nog een stuk hoger.
Zonder oplossingen leidt dit tot buitensluiting en dat weer tot een tweedeling in de stad, die - bijna onzichtbaar - alleen maar groter dreigt te worden.
Boete op armoede
De schuldenproblematiek kost de maatschappij veel geld. Volgens Tamara Madern, lector 'Schuldpreventie en Vroegsignalering' bij Hogeschool Utrecht, is de samenleving al gauw honderdduizend euro kwijt aan één huishouden met ernstige financiële problemen, onder andere aan afschrijvingen, hulpverlening, verzuim- en ziektekosten en uitkeringen. Er is een schuldenindustrie ontstaan, waarbij schulden buitenproportioneel hard kunnen oplopen, zoals door de boetes die het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) oplegt en bijkomende deurwaarderskosten. Deze 'boete op armoede' maakt schuld dan al gauw onomkeerbaar en leidt tot een neerwaartse spiraal.
Stress
Onze samenleving verwacht zelfredzaamheid van mensen, maar onder andere laaggeletterdheid en verstandelijke beperkingen kunnen belemmeringen zijn om zelf voldoende regie te voeren. Ook stress speelt een belangrijke rol, voor iedereen met schulden eigenlijk. De Tussenvoorziening, die in Utrecht budgetbeheer en schuldhulpverlening biedt, laat mensen dat aan den lijve ervaren in de 'escape room' die zij speciaal ontwikkelde over schulden. De kortsluiting die in je hoofd kan ontstaan, die ervoor zorgt dat je niet meer goed nadenkt, je post niet meer opent, hoe het snel van kwaad tot erger kan gaan... Volgens de Tussenvoorziening kan het echt iedereen overkomen: in de schulden raken maar ook je hoofd verliezen.
Hulp zoeken
Om
als inclusieve stad niemand buiten te sluiten, zal je iedereen met schulden ook
moeten bereiken, maar dat is nog niet zo eenvoudig. De gemeente Utrecht schat
dat van de vele Utrechtse huishoudens met problematische schulden slechts een
beperkt deel - de inschatting is 8.000 Utrechters - professionele hulp zoekt.
Dat heeft veel te maken met schaamte en het taboe rond schulden. Hulp op maat
is beschikbaar, maar de weg naar hulpverlening - via de buurtteams met name -
is niet altijd voldoende bekend of voelt nog onvoldoende vertrouwd. Trouw berichtte eerder dit jaar nog dat
het aantal nieuwe aanmeldingen bij schuldhulpverlening het afgelopen jaar met
tien procent daalde, maar dat dat zeker niet betekent dat er minder schuldenaren
zijn.
Vroegtijdig
De gemeente Utrecht heeft een ambitieuze actieagenda opgezet om Utrechters schuldenvrij te maken. Het college trekt hiervoor vier jaar lang zes miljoen euro uit. De gemeente koopt schulden van inwoners zo vroeg mogelijk af met een saneringskrediet. Naast maatwerk en een blijvend resultaat is vroegtijdige signalering een speerpunt in de aanpak. Er op tijd bij proberen te zijn kun je als overheid niet alleen, hier heb je alle 'signaalpartners' bij nodig. Van woningcorporaties en zorgverzekeraars tot energiemaatschappijen en financiële instanties. Dit soort 'integrale alternatieve arrangementen' zijn onderdeel van de City Deal die onze gemeente is aangegaan om verdergaande vernieuwing in het sociale domein te realiseren.
Nog beter: voortijdig
Een stevige actieagenda en samenwerking zijn allebei nodig, maar er ontbreekt nog een andere belangrijke focus, namelijk op het voorkomen van schulden. Het Amsterdamse bureau voor maatschappelijke innovatie Diversion stelt dat we bij het vraagstuk over schulden al snel in de 'hulpverleningsstand' schieten en dat hulp wordt geboden als het eigenlijk al te laat is. Diversion richt zich specifiek op jongeren, een kwetsbare doelgroep waar het vaak begint met geldproblemen. Wie al op jonge leeftijd in de schulden raakt, blijft vaak jarenlang klant in het sociaal domein en dat moet worden voorkomen. Dat begint met financiële redzaamheid en het bespreekbaar maken van schuld. Het omgaan met geld zou een vast onderdeel van het curriculum moeten worden van onderwijsinstellingen. Dat klinkt heel logisch, maar zo ver zijn we simpelweg nog niet.
Het moet kunnen
Maar het kan allemaal wel, meer weten te voorkomen (of anders vroeger signaleren) en schulden blijvend oplossen. Onze stad kan met een brede en effectieve aanpak vooroplopen, maar dan moeten we het onderwerp wel uit de taboesfeer zien te halen. Door schuld meer bespreekbaar te maken. Door in gesprek te gaan met álle betrokkenen. En juist ook met jongeren, ook als schuld voor hen nog helemaal geen issue is. We voorkomen dan misschien wel meer dan we ooit kunnen genezen. Utrecht schuldenvrij, dat moet ons toch lukken.
Quinten Peelen
Lid UtrechtDB
(Quinten
Peelen is directeur van het K.F. Hein Fonds dat onder andere een fonds voor
individuele noden kent).
"De culturele sector is hechter geworden"
Quinten Peelen, directeur K. F. Hein Fonds, ziet na de Corona-verlamming de levenslust van de culturele sector in en om Utrecht opleven. “Ik denk dat we een tijd ingaan van experimenteren, nieuwe vormen. En delen, via open source of fysiek” zegt hij in ons interview bij vertrek uit de Utrecht Development Board. “Corona maakt dingen mogelijk die heel moeilijk leken”.