Column Rien Nagel
Wonen en zorg in Twente
Ik ben opgegroeid op een gemengd boerenbedrijf in Twente. Op bijna iedere boerderij woonde een zogenaamd ‘grootgezin’. Daarmee wordt een familie bedoeld bestaand uit drie generaties. Dat was ook bij ons het geval. Mijn grootouders hebben tot op hoge leeftijd een bijdrage geleverd aan het werk op de boerderij. Omgekeerd werden zij verzorgd door hun zoon en schoondochter (mijn ouders) mocht dat nodig zijn.
Vaak was de oudste zoon de bedrijfsopvolger en kreeg hij de boerderij tegen zachte (niet-zakelijke) condities in handen inclusief de (morele) verplichting om de ouders tot aan hun dood te verzorgen. Eventuele andere broers en zussen deden een flinke scheut water in de wijn en zagen af van hun wettelijk erfdeel om dit allemaal mogelijk te maken.
Zo heeft ook mijn jongere broer de boerderij overgenomen.
Nedersaksisch erfrecht
Deze manier van doen maakt deel uit van het ‘Nedersaksische erfrecht’. Dat is gewoonterecht. Het staat nergens opgeschreven. Er kunnen ook geen wettelijke rechten aan worden ontleend. Het gaat enkel om ongeschreven regels die tot op de dag van vandaag een rol spelen in het Nedersaksische taalgebied.
Waarom haal ik dit verhaal hier aan? Niet uit misplaatste nostalgie of om te kopiëren naar de huidige tijd. Ik kijk er met veel genoegen en goede herinneringen op terug. Maar er hangt ook een soms beklemmende cultuur mee samen. Het past in een bepaalde tijd en in een streek waar die historie nog leeft.
Ik vertel het verhaal om te dienen als inspiratie voor de problematiek die we in deze tijd ervaren, met name op het gebied van wonen en zorg. We weten allemaal dat we nu en in de toekomst handen tekort komen om alle gewenste zorg te bieden. We moeten nieuwe concepten bedenken om op een menswaardige en betaalbare manier de zorg in te vullen.
Groot woonoppervlak per inwoner
Ten aanzien van het woningtekort geldt iets soortgelijks. We weten dat het met alleen bouwen niet gaat lukken. We hebben de vakmensen niet, we komen ruimte tekort, de betaalbaarheid is een groot probleem.
Een saillant detail dat in onze discussies binnen de Utrecht Development Board over dat onderwerp naar voren kwam is dat we in Nederland bijna 60 vierkante meter woonoppervlak per inwoner gebruiken en in Duitsland iets meer dan 40 m2. Het verschil is gaandeweg ontstaan en cultureel bepaald. Maar het is wel een heel groot verschil voor twee qua welvaart zo vergelijkbare landen. Als je dat op je laat inwerken zou ons hele probleem in een klap verdwenen zijn.
Co-living innovaties bedenken
Zo simpel is het natuurlijk niet. Maar het laat zien dat we nieuwe hoogwaardige concepten van co-living moeten bedenken. Waarin mensen verleid worden om op een andere manier vierkante meters gaan gebruiken, passend bij de levensloop. Misschien geïnspireerd door de wijze waarop vroeger meerdere generaties op één erf samenleefden? Alleen bouwen gaat niet het probleem oplossen.
Laat bouwgrondbezitters een veer laten
Maar natuurlijk moet er ook gebouwd worden. In Rijnenburg als het kan zo spoedig mogelijk. Rondom station Driebergen-Zeist, waar wachten we op? Maar als we alles doen resteert er nog steeds een enorme opgave.
Dan heb ik het nog amper gehad over de betaalbaarheid met de sterk gestegen rentes. Bestaande huizen zakken weliswaar in prijs maar de bouwkosten kunnen nauwelijks naar beneden.
Misschien moeten de investeerders die de bouwgrond bezitten ook een veer laten? Geheel in de spirit van het Nedersaksische erfrecht moet je soms iets over hebben voor het nageslacht!
Rien Nagel
Lid Utrecht Development Board
"Constructief, maar wel kritisch"
De kracht van de Utrecht Development Board? Drie leden geven een eenstemmig antwoord: de eigen koers los van de politiek, zoekend naar gesprek met de stad en de buurt. Kortom: allereerst in contact met de basis en niet met reguliere machtsfactoren.
> Lees het hele interview